Het diergeneeskundig voorschrift: administratieve eisen bij voorschrijven, afleveren en toepassen diergeneesmiddelen
Datum: 18 juli 2024
Beste geborgde dierenartsen,
Hierbij wil het SGD-secretariaat u graag nogmaals informeren over de eisen met betrekking tot het diergeneeskundig voorschrift. Bij het voorschrijven, afleveren en toepassen van diergeneesmiddelen gelden wettelijke eisen (diergeneesmiddelenverordening EU vo. 2019/6). Deze eisen zijn ook terug te vinden op de RVO website. De SGD controleert middels de normvoorschriften (zie beoordelingsprotocollen per SGD-regeling, rund, varken, pluimvee en vleeskalf) of u als geborgde dierenarts aan de administratieve eisen voldoet.
Eisen bij voorschrijven en afleveren van diergeneesmiddelen
In het geval dat u diergeneesmiddelen voorschrijft en aflevert wordt gecontroleerd of u het bedrijfsdossier op orde hebt en of u de juiste informatie heeft aangeleverd bij de veehouder (o.a. logboekformulier). Alle onderdelen van het wettelijke diergeneeskundig voorschrift (artikel 105 lid 5 a t/m m) moeten dan opgenomen zijn in het bedrijfsdossier. Het bedrijfsdossier bestaat uit het BGP, BBP, visitebrieven, logboekformulieren evt. facturen en PMS (bijv. klantportaal).
U wordt dan in ieder geval op de volgende onderdelen gecontroleerd:
-
Datum van uitschrijven en afleveren van het diergeneesmiddel
-
Benaming en registratienummer (RegNL) van het diergeneesmiddel
-
De werkzame stof(fen), farmaceutische vorm en sterkte (mg/ml of mg/g) van het diergeneesmiddel
-
Identificatie van de diersoort, diercategorie of dier/groep dieren
-
De dosering en therapieduur (ook wel doseringsschema genoemd)
-
De afgeleverde hoeveelheid incl. het partijnummer (batchnummer)
-
De in acht te nemen wachttermijn(en)
-
UBN, naam en adres dierhouder (in het geval van een pluimveehouder wordt het KIP-nummer gehanteerd)
Het is binnen de SGD-regelingen niet voldoende om voor de werkzame stoffen, farmaceutische vorm en sterkte van een diergeneesmiddel te verwijzen naar de bijsluiter. Praktijkmanagementsystemen (PMS) kunnen dierenartsen ondersteunen bij het voldoen aan de administratieve eisen met betrekking tot het voorschrijven en afleveren van diergeneesmiddelen. Het is goed om na te gaan welke ondersteuning uw PMS biedt.
Eisen bij het voorschrijven en niet zelf afleveren van de medicijnen
Het is ook mogelijk om een diergeneesmiddel voor te schrijven en niet zelf af te leveren (het oude recept). In dat geval staat de informatie van het diergeneeskundig voorschrift altijd eenduidig bij elkaar in één formulier en wordt er gecontroleerd of ook de naam van de voorschrijvende dierenarts erop staat.
Eisen bij uitsluitend zelf toepassen van diergeneesmiddelen: lastenverlichting
In de SGD-nieuwsbrief van mei 2024 bent u geïnformeerd dat de dierenartsenorganisaties (KNMvD en CPD) aanvullende gesprekken voerden met LVVN over de interpretatie van het diergeneeskundig voorschrift. LVVN heeft in juli 2024 een aangepaste versie van nieuwsbrief 1 gepubliceerd op de RVO-website. Deze nieuwe informatie bevat een administratieve lastenverlichting indien een dierenarts het diergeneesmiddel uitsluitend zelf toepast. De lastenverlichting houdt in dat er geen werkzame stof, farmaceutische vorm en sterkte genoteerd hoeft te worden in het bedrijfsdossier indien u als dierenarts het diergeneesmiddel zelf toepast. Overige onderdelen van het diergeneeskundig voorschrift (zie hierboven) moeten uiteraard wel benoemd worden in uw verslaglegging. Daarnaast is het vaak noodzakelijk om een diagnose/indicatie of diergeneeskundige motivering te geven waarom u het diergeneesmiddel heeft toegediend (klinische diagnose).
Let op: deze lastenverlichting geldt alleen voor diergeneesmiddelen die uitsluitend door u als dierenarts toegepast worden en dus niet ter hand gesteld worden aan een veehouder (ook niet voor het afmaken van een kuur). Dit geldt bijvoorbeeld bij rundveevaccins, lokale verdoving en strikt IV-diergeneesmiddelen (m.u.v. melkziekte infusen). In de pluimvee- en varkenssector worden de meeste diergeneesmiddelen afgeleverd aan de veehouder dus daar verandert weinig, maar in de gezelschapsdierenpraktijk is dit uiteraard een zeer belangrijke lastenverlichting in de dagelijkse praktijk.
Effect op de SGD-regeling
De recente aanpassingen door de LVVN Nieuwsbrief zoals gepubliceerd op 9 Juli 2024 op de RVO website hebben geen invloed op de SGD-regelingen, die daarom ook nu niet gewijzigd moeten en zullen worden. Wel heeft de SGD de lastenverlichting bij uitsluitend door de dierenarts toegepaste diergeneesmiddelen onmiddellijk besproken met de certificerende instelling, Kiwa VERIN. De auditoren van Kiwa VERIN zijn hierover geïnformeerd en vanaf 19 juli 2024 worden deze nieuwe afspraken door alle auditoren toegepast.
De SGD vertrouwt erop dat u hiermee voldoende duidelijkheid heeft over de administratieve verplichtingen met betrekking tot het voorschrijven, afleveren en toepassen van diergeneesmiddelen en de controle daarop tijdens audits van de SGD-regelingen.
Namens het bestuur,
Met vriendelijke groet,
Evelien Gijsberts-Navis
Secretaris
|