Bekijk in browser

logo
 
 
 
 
 

SGD nieuwsbrief december 2024 aan geborgde dierenartsen

 

Datum: 23 december 2024

Geachte geborgde dierenarts,

Hierbij ontvangt u de SGD-nieuwsbrief van december 2024. Deze nieuwsbrief bevat, zoals altijd aan het einde van het kalenderjaar, informatie over onderwerpen die het afgelopen jaar besproken werden in de verschillende Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) en het SGD-bestuur en de veranderingen in de regelingen geborgde dierenarts.

Deel 1: SGD-regelingen

Voor het komende jaar (2025) zijn er geen grote wijzigingen in de reglementen en bijlagen voorgesteld door de CvB’s en het SGD-bestuur. Wel zijn er een aantal punten geactualiseerd, te weten:

  • Het VBI-verbetertraject
  • De (wettelijk) verplichte dossieroverdracht
  • Administratieve verplichtingen bij het voorschrijven, afleveren en toepassen van diergeneesmiddelen

Bovenstaande wijzigingen in de SGD-regelingen gaan per 1 januari 2025 in.

Voor de actuele versie van alle regelingen en nadere informatie verwijzen wij u naar:

Het VBI-verbetertraject
Het VBI-verbetertraject is al een lange tijd onderdeel van de SGD-regelingen. Indien een dierenarts een VBI boven de actiewaarde heeft, wordt de geborgde dierenarts aangeschreven door de certificerende instelling (in opdracht van de SGD) om het VBI-verbetertraject te volgen. Met het actualiseren van het VBI-verbetertraject is er gekozen om één VBI-verbetertraject te hanteren dat voor alle SGD-regelingen geldt. Het VBI-verbetertraject is op twee punten aangepast:

  • Het verbetertraject bevat nu meer handvatten voor de geborgde dierenarts door een ‘model zelfreflectie’ en er is uitgebreider omschreven hoe en wat een dierenarts moet aanleveren indien hij/zij een ander onderdeel van het VBI-verbetertraject volgt. De zelfreflectie is een verplicht onderdeel.
  • Indien een dierenarts twee opeenvolgende jaren een VBI in het actiegebied heeft dan moet hij/zij tenminste twee onderdelen uitvoeren van het VBI-verbetertraject (de zelfreflectie en een ander onderdeel)

Met de aanpassingen geeft de SGD invulling aan een aantal aanbevelingen uit het rapport Reflectie voor en door dierenartsen. Daarnaast wordt het voor dierenartsen duidelijker hoe ze kunnen voldoen aan de eisen.  

Dossieroverdracht
Het zorgvuldig overdragen van het bedrijfsdossier is van belang voor een goede continue veterinaire dienstverlening op het bedrijf. Indien een veehouder wisselt van 1-op-1 dierenarts (ook wel de bedrijfseigen dierenarts of hoofddierenarts genoemd) is één van de taken van de geborgde dierenarts om het bedrijfsdossier over te dragen. Dit staat zo opgenomen in de bilaterale overeenkomsten (de 1-op-1 overeenkomsten). Het normvoorschrift dat hierbij hoort is per 1 januari 2025 aangepast. Het is belangrijk dat u binnen drie maanden na de start van de overeenkomst met een veehouder het bedrijfsdossier van de voorgaande periode hebt ontvangen. U kunt dit dossier opvragen bij de veehouder of de voorgaande dierenarts. Het dossier bevat tenminste:

  • het BGP,
  • het BBP,
  • reden van beëindiging overeenkomst en
  • verslagen van recente (reguliere) bedrijfsbezoeken. Voor de geborgde varkensdierenartsen geldt dat twee meest recente online monitoringsverslagen moeten worden bijgevoegd i.p.v. bezoekverslagen.

Het is dus goed om na te gaan of u de bovenstaande onderdelen van het voorgaande bedrijfsdossier ontvangen heeft. De informatie ten aanzien van de reden van beëindiging van de overeenkomst is een wettelijk verplicht onderdeel. Indien de keus om te wisselen van 1-op-1 dierenarts gemaakt is door de veehouder dan kunt u dat noteren. Indien er wisseling van 1-op-1 dierenarts plaatsvindt binnen de eigen dierenartspraktijk (vaak wordt dan een dierenarts die eerst als vervanger genoteerd stond de 1-op-1 dierenarts) is het vaak niet nodig om het bedrijfsdossier over te dragen, omdat de nieuwe 1-op-1 dierenarts gebruik maakt van hetzelfde PMS en daarmee alle informatie reeds kon inzien. Wel is het belangrijk om dan kennis te nemen van het BGP en BBP (en indien nodig updaten, aanpassen en accorderen).

Administratieve verplichtingen bij het voorschrijven, afleveren en toepassen van diergeneesmiddelen
Er is besloten om de normvoorschriften van de SGD-regelingen aan te laten sluiten bij de aangepaste LVNN nieuwsbrief, gepubliceerd op de RVO website. Dit betekent dat er drie situaties zijn waarin een dierenarts betrokken kan zijn bij het gebruik van diergeneesmiddelen op een veehouderijbedrijf, namelijk:

  • het voorschrijven van een diergeneesmiddel. Het diergeneesmiddel wordt vervolgens met een voorschrift afgehaald bij een apotheker of vergunninghouder
  • het voorschrijven en vervolgens (zelf) afleveren van een diergeneesmiddel
  • het zelf toepassen van een diergeneesmiddel op het bedrijf

Voor deze drie situaties zijn drie verschillende normvoorschriften, omdat er per situatie aparte eisen worden gesteld aan de administratie van de dierenarts. Dit levert de volgende verplichtingen op binnen de SGD-regelingen:

Eisen

Voorschrift

Afleveren

Toepassen

Identificatie van het diersoort, diercategorie of dier/groep dieren

Ja

Ja

Ja

Naam en contactgegevens houder incl. UBN of KIP-nummer

Ja

Ja

Ja

Datum van uitschrijven/afleveren/toepassen

Ja

Ja

Ja

Naam en contactgegevens van de dierenarts

Ja

Ja

Ja

Handtekening dierenarts incl. CIBG-nummer

Ja

 

 

Naam van het diergeneesmiddel

Ja

Ja

Ja

De werkzame stof

Ja

Ja

 

De farmaceutische vorm

Ja

Ja

 

De sterkte (bijv. mg/ml)

Ja

Ja

 

De voorgeschreven/afgeleverde of toegediende hoeveelheid en grootte van de verpakking

Ja

Ja

Ja

Het doseringsschema

Ja

Ja

Ja

RegNL

 

Ja

Ja

Batch/partij nummer

 

Ja

Ja

De wachttijd (zelfs als deze nul is)

Ja

Ja

Ja

Deze wettelijk verplichte administratieve eisen worden gecontroleerd bij de geborgde dierenarts. Daarbij wordt gekeken of de verplichte onderdelen correct zijn opgenomen in het bedrijfsdossier. Het bedrijfsdossier omvat tenminste: het BGP, het BBP, evt. addenda van BBP, visitebrieven, logboekformulieren, facturen en (klantportaal) PMS. Het is dus belangrijk om na te gaan in uw praktijk op welke wijze u de administratieve verplichtingen heeft vastgelegd in het bedrijfsdossier. De informatie moet ook beschikbaar zijn voor de veehouder (bijv. ter hand gesteld, gemaild, beschikbaar in een klantportaal).

Inzet van (dier)geneesmiddelen volgens de cascade
Indien er in Nederland voor de betreffende diersoort en indicatie geen diergeneesmiddel beschikbaar is, kunt u als dierenarts een ander middel kiezen. U maakt dan gebruik van de cascade. Indien een diergeneesmiddel wordt ingezet door middel van de cascade, gelden er aanvullende administratieve verplichtingen. Binnen de SGD-regelingen worden deze extra administratieve verplichtingen gecontroleerd, namelijk:

  • zichtbaar informeren van veehouder dat er sprake is van cascadegebruik, mede door woord cascade toe te voegen 
  • diagnose/indicatie
  • diergeneeskundige motivering voor de toediening (en evt. afgifte) van het diergeneesmiddel
  • de wachttijd conform de wettelijke eisen. Hieronder vindt u de vastgestelde stappen (bron: RVO nieuwsbrief 3b):   

1. Gebruik van een diergeneesmiddel bij dezelfde diersoort voor dezelfde indicatie of voor een andere indicatie.
Dezelfde wachttijd als is aangegeven op de SPC/bijsluiter. Wachttijden uit andere lidstaten mogen worden overgenomen.
2. Vlees en slachtafval 
Als er geen wachttijd is aangegeven voor vlees van de betreffende diersoort die behandeld wordt:

  • vermenigvuldigt u de langste wachttijd voor vlees uit de SPC/bijsluiter van het diergeneesmiddel dat u gebruikt met een factor 1,5; 
  • houdt u een wachttijd aan van ten minste 1 dag als in de SPC/bijsluiter van het diergeneesmiddel een wachttijd van nul dagen is aangegeven en het diergeneesmiddel voor een andere taxonomische familie is toegelaten. (taxonomische families zijn bijv. paardachtigen, runderen, varkens etc.);
  • is de wachttijd ten minste 28 dagen, wanneer een (dier)geneesmiddel is gebruikt waarvoor geen vergunning is verleend voor voedselproducerende dieren.

Indien u overweegt om een diergeneesmiddel middels de cascaderegeling in te zetten is het goed om de informatie over de (wettelijke) voorwaarden van de cascaderegeling te lezen op de RVO-website en RVO-nieuwsbrief 3b ‘cascade bij voedselproducerende dieren’.

Deel 2: SGD-bestuur en bureau

  • SGD-bijdrage 2025
  • Personele veranderingen in het bestuur en de CvB’s
  • Berichten vanuit SGD-bestuur en bureau

SGD bijdrage 2025
De bijdrage die geborgde dierenartsen in 2025 dienen te voldoen aan de SGD blijft gelijk aan 2024. Dit betekent €267,50 per geborgde dierenarts met één registratie. Bij twee, drie en vier registraties komt de bijdrage respectievelijk uit op €460,- , €652,50 en €845,-. Voor de module geitendierenarts bedraagt de afdracht €55,-. De genoemde bedragen zijn exclusief BTW.

Facturatie, zal in opdracht van de SGD, geschieden door de certificerende instelling Kiwa VERIN. De facturatie zal plaatsvinden in juni 2025. Voor de facturatie wordt peildatum 1 juni 2025 gehanteerd. Er vindt geen restitutie plaats over het deel van het jaar waarin u niet heeft deelgenomen aan de regeling. De kosten voor de audits van de Geborgde Dierenarts worden geïndexeerd.

Beëindiging van uw registratie(s) dient u, net zoals overige wijzigingen, zelf tijdig door te geven aan Kiwa VERIN. Hier vindt u het mutatieformulier.  

Benoemingen Colleges van Belanghebbenden (CvB’s) en SGD-bestuur sinds april 2024
Het SGD-bestuur heeft in de bestuursvergaderingen van d.d. 24 april, 9 juli en d.d. 11 december de volgende personen benoemd of herbenoemd:

  • D. Oorburg is op 24 april 2024 benoemd als lid van het CvB Geborgde Varkensdierenarts als afgevaardigde namens COV;
  • S. Boersema is op 24 april 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Rundveedierenarts als afgevaardigde namens KNMvD;
  • K. van Ginkel is op 24 april 2024 benoemd als lid van het CvB Geborgde Rundveedierenarts als afgevaardigde namens LTO vakgroep vleesveehouderij;
  • E. van Geloof is op 24 april 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Pluimveedierenarts als afgevaardigde namens KNMvD;
  • M. den Hartog is op 24 april 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Pluimveedierenarts als afgevaardigde namens NEPLUVI;
  • J. Wolleswinkel is op 24 april 2024 herbenoemd tot voorzitter van het CvB Geborgde Pluimveedierenarts;
  • J. van der Doelen is op 9 juli 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Vleeskalverdierenarts als afgevaardigde namens LTO vakgroep kalverhouderij;
  • J. Goebbels is op 9 juli 2024 herbenoemd tot SGD-bestuurslid
  • M. Schuttert en F. Meulders zijn op 11 december 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Varkensdierenarts als afgevaardigde namens KNMvD;
  • E. Bokkers en P. Faber zijn op 11 december 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Pluimveedierenarts als afgevaardigde namens LTO/NOP;
  • C. Hagen is op 11 december 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Pluimveedierenarts als afgevaardigde namens ANEVEI;
  • L. Hoedemaker is op 11 december 2024 herbenoemd tot voorzitter van het CvB Geborgde Rundveedierenarts;
  • H. Albring is op 11 december 2024 benoemd als tijdelijk lid van het CvB Geborgde Rundveedierenarts als afgevaardigde namens LTO vakgroep melkveehouderij;
  • P. Mölder en A. Wouters zijn op 11 december 2024 herbenoemd tot lid van het CvB Geborgde Vleeskalverdierenarts als afgevaardigde namens SBK.

Op de SGD website vindt u wie op dit moment zitting heeft in de verschillende colleges van belanghebbenden en het SGD-bestuur.

Aangepaste openingstijden tijdens de feestdagen
Het SGD-secretariaat is van 23 december 2024 tot en met 5 januari 2025 gesloten. Dit betekent dat de SGD dan telefonisch niet bereikbaar is.

Eerstvolgende CvB-vergaderingen
In de tabel ziet u wanneer de eerstvolgende CvB vergaderingen gepland staan. Na de CvB vergaderingen in maart 2025 staat er een SGD-bestuursvergadering gepland.

Datum

Vergadering

4 maart 2024

CvB Geborgde Pluimveedierenarts

24 maart 2024

CvB Geborgde Rundveedierenarts

27 maart 2024

CvB Geborgde Varkensdierenarts

1 april 2024

CvB Geborgde Vleeskalverdierenarts

16 april 2024

SGD bestuursvergadering

Van het bestuur
Het jaar 2024 was voor de SGD een jaar van actualisatie en verfijning, maar ook een jaar van stabiliteit en consolidering. Er was een aantal aandachtspunten door de veranderingen in administratieve verplichtingen bij het voorschrijven, afleveren en toepassen van diergeneesmiddelen, maar geen grote knelpunten in de huidige SGD-regelingen.
De agrarische sector staat zelf in meer of mindere mate voor grote uitdagingen. Dit zal ook invloed hebben op uw dagelijkse werkzaamheden en vereist flexibiliteit, verantwoordelijkheid en goede communicatieve eigenschappen om vertrouwen en een prettige werkomgeving te waarborgen.
Deze elementen worden ook aangesproken in het visiedocument Vet voor elkaar dat als een startdocument wordt gezien voor de in 2025 geplande overlegstructuren rond de verdere organisatie van Bestuurlijk Overleg Veterinaire Professie (BOVP). Het BOVP is recent van start gegaan onder de leiding van een onafhankelijk voorzitter en hier vindt u de eerst officiële communicatie van het BOVP-overleg. De SGD zal proberen haar steentje bij te dragen aan dit proces en in dit verband was het prettig om te zien dat de verplichting tot permanente educatie (dat een belangrijk onderdeel is het werkplan van de BOVP) door heel veel geborgde dierenartsen reeds serieus wordt ingevuld.

Bestuur en secretariaat van de SGD wensen u allen prettige feestdagen en een gezond, inspirerend en succesvol 2025 toe!

Namens het bestuur en secretariaat
Johanna Fink-Gremmels               

 

Stichting Geborgde Dierenarts
Papiermolen 38
3994 DK Houten
085 3034817

 

info@geborgdedierenarts.nl