|
Datum: 30 mei 2024
Beste geborgde dierenartsen,
Zoals gebruikelijk wil het SGD-secretariaat u graag in deze nieuwsbrief informeren over enkele zaken, die in de eerste maanden van 2024 binnen de Colleges van Belanghebbenden (CvBs) en het bestuur besproken werden. Het gaat hierbij niet om grote veranderingen, maar wel om verschillende ontwikkelingen en vraagstukken die wij kort voor u hebben samengevat.
Algemeen
Opmerkingen naar aanleiding van de audits
Aan het begin van dit jaar zijn de audits over kalenderjaar 2023 geëvalueerd. Een aantal bevindingen brengen we graag onder uw aandacht.
-
Het evalueren en opstellen van het bedrijfsgezondheidsplan (BGP) en bedrijfsbehandelplan (BBP) bij geborgde varkensdierenartsen en geborgde rundveedierenartsen lukt steeds vaker binnen de gestelde termijn. Bij beide regelingen zien we een daling van het aantal tekortkomingen bij de audits op de betreffende normvoorschriften.
-
Het tijdig evalueren en opstellen van het BGP en BBP bij geborgde pluimveedierenartsen blijft een aandachtspunt. Meestal is er wel een recent BGP en BBP aanwezig, maar is deze niet op tijd geëvalueerd en geüpdatet.
-
Het tijdig melden van de medicijnleveranties in de aangewezen databank bij geborgde vleeskalverdierenartsen is sterk verbeterd. De zogeheten ’14-dagen termijn’ wordt steeds beter nageleefd en de daling van het aantal tekortkomingen bij audits lijkt zich door te zetten.
-
Het tijdig melden van de medicijnleveranties in de aangewezen databank bij geborgde rundveedierenartsen blijft een aandachtspunt. Op basis van de informatie uit de audits is er geen duidelijke oorzaak te vinden. De dierenartsen die, namens de KNMvD en CPD, zitting hebben in het College van Belanghebbenden vragen geborgde rundveedierenartsen om aan te geven waar zij in de naleving van het normvoorschrift tegen aanlopen. De informatie (die door de CvB-leden of de secretarissen van de dierenartsenorganisaties zal worden gebundeld) kan dan gebruikt worden om het proces van melding te evalueren en waar nodig een verbeterplan te maken.
Over het algemeen worden de tekortkomingen binnen de daarvoor gestelde termijn(en) opgelost. Hoewel er natuurlijk aandachtspunten blijven, is het ook goed om aan te geven dat het algemene beeld positief is.
Het diergeneeskundig voorschrift: administratieve eisen bij voorschrijven, afleveren en toepassen diergeneesmiddelen
In het reguliere bestuurlijk overleg hebben de dierenartsenorganisaties (KNMvD en CPD) aangegeven dat er nog aanvullende gesprekken gepland staan met LNV met betrekking tot de interpretatie van het diergeneeskundig voorschrift en de daaraan verbonden administratie voor dierenartsen en veehouders. Het gaat dan om een verduidelijking van de tekst die de overheid reeds heeft gecommuniceerd. Op dit moment is er nog geen aanpassing en/of aanvulling op de tekst van de RVO-website. Dit betekent dat de SGD de huidige normvoorschriften zal blijven handhaven. Het blijft dus belangrijk dat u alle onderdelen van het diergeneeskundig voorschrift (waaronder de farmaceutische vorm, werkzame stoffen en sterkte) opneemt in het bedrijfsdossier. Als er nieuwe informatie beschikbaar komt, zal de SGD beoordelen of dit effect heeft op de normvoorschriften en u dan hierover zo spoedig mogelijk informeren.
Denk aan uw scholingsoverzicht
In het overleg rond de positie van de dierenarts speelt nascholing (permanente educatie) een belangrijke rol. De SGD heeft alvast een begin gemaakt door nascholing op te nemen in de normvoorschriften voor geborgde dierenartsen. Wilt u eraan denken om uw scholingsoverzicht klaar te leggen voor een audit? Enkel het tonen van losse certificaten tijdens de audit is hierbij niet voldoende. Er moet per dierenarts een scholingsoverzicht getoond kunnen worden. Tijdens de audits in 2023 werd de tekortkoming omgezet in een waarschuwing. Deze overgangsregeling geldt in 2024 niet meer. Tijdens de audits in 2024 wordt er gecontroleerd of uw scholingsoverzicht van kalenderjaar 2023 voldoet aan de eisen (o.a. 15 punten). Daarnaast kan de certificerende instelling ook vragen hoeveel punten u in kalenderjaar 2022 heeft behaald. Deze informatie wordt gebruikt om een inschatting te maken of geborgde dierenartsen ‘op schema liggen’ om 100 punten in vijf jaar te behalen.
Heeft u vragen over de scholingsverplichting en hoe u daaraan kunt voldoen? Zie de informatie op de SGD-website.
Geef uw wijzigingen tijdig door
Bent u van praktijk verandert? Of wilt u uw deelname aan een van de regelingen beëindigen? Doe dit dan snel en uiterlijk voor 1 juni 2024. Binnenkort zal Kiwa VERIN namens de SGD namelijk de afdracht van de SGD bij u gaan innen. Het is voor u en uw praktijk van belang dat de juiste gegevens bekend zijn bij Kiwa VERIN. Wijzigingen doorgeven kan via het mutatieformulier.
CvB Vleeskalf
Bilaterale overeenkomst versie 3 beschikbaar per april 2024
De overeenkomst tussen kalverhouder, kalvereigenaar en geborgde kalverdierenarts is aangepast en beschikbaar per april 2024. De overeenkomst is te vinden op de SGD-website. Voor alle overeenkomsten die u nieuw opstelt, dient u de nieuwste versie van de overeenkomst te gebruiken. Als u de overeenkomst digitaal opstelt in InfoKalf gebruikt u automatisch de nieuwste versie (versie 3). Bestaande overeenkomsten hoeven niet opnieuw opgesteld en ondertekend te worden. De wijziging heeft te maken met harmonisatie binnen de SGD-regelingen. In de oude overeenkomst kalverhouder, kalvereigenaar en geborgde dierenarts stond nog de directe verwijzing naar de door de beroepsgroep opgestelde richtlijnen. Dit is in principe overbodig geworden, omdat er in het reglement al omschreven staat aan welke standaard de geborgde vleeskalverdierenarts moet voldoen.
CvB Varken
Tekstuele aanpassing: OIE wordt WOAH
Het normvoorschrift GDVD.111 heeft betrekking op het periodieke bedrijfsbezoek. Tijdens het bedrijfsbezoek voert de dierenarts een klinische inspectie uit en kijkt daarbij naar klinische symptomen van de ziekten op de OIE-lijst. De lijst is inhoudelijk niet gewijzigd, maar de naam van de OIE is veranderd in WOAH (World Organisation for Animal Health). Indien nodig kunt u alvast uw praktijkmanagementsysteem aanpassen met de verwijzing naar WOAH lijst. Komend jaar zullen we zowel de verwijzing naar ‘OIE-lijst’ als ‘WOAH-lijst’ goedkeuren. Per 1 januari 2025 is het verplicht de term WOAH te gebruiken. Het normvoorschrift wordt hier dan op aangepast.
Tijdens de audits van het lopende jaar zal er, net zoals in voorgaande jaren, getoetst worden of uit de verslaglegging blijkt dat de dierenarts tijdens de klinische inspectie heeft gekeken of er ook klinische symptomen van ziekten op de WOAH-lijst zijn waargenomen.
CvB Rundvee
BGP-melkvee
Per 1 januari 2024 is het model BGP-melkvee herzien. U bent hierover geïnformeerd in de december nieuwsbrief. Graag brengen wij het nieuwe format nogmaals onder uw aandacht. U kunt het format (versie 05-12-23) vinden op de SGD-website.
Daarnaast is het mogelijk om met andere formats te voldoen aan de verplichtingen in de Regeling Geborgde Rundveedierenarts. Hiervoor is een beoordelingskader opgesteld. Op dit moment is van de volgende formats bekend dat de dierenarts daarmee kan voldoen aan de eisen van de SGD, te weten:
-
BGP melkvee Royal GD (VeeOnline)
-
KoeKompas
-
BGP-format in het praktijkmanagementsysteem Viva
-
BGP-format Kernpraktijken
Het is niet langer noodzakelijk om het BGP digitaal op te slaan in de BGP-tool omdat de Officiële Controle (OC) op melkveebedrijven niet meer verplicht is. Dus u hoeft bgp.geborgdedierenarts.nl niet meer te gebruiken voor het opstellen van het BGP-melkvee. Wel kunt u de BGP-tool raadplegen om eerdere BGPs in te zien en te downloaden om toe te voegen aan uw bedrijfsdossiers als u dat nog niet gedaan heeft. Na 31 december 2024 zal de SGD stoppen met de opslag van de BGPs in de BGP-tool en kunt u ook reeds gemaakte BGPs daar niet meer inzien.
Eisen BGP/BBP voor rundvee
Met enige regelmaat ontvangt de SGD vragen over de eisen aan het BGP en BBP van rundvee. Het zijn vaak specifieke casussen, zoals een veterinaire eenheid (twee locaties: 1x melkvee, 1x jongvee), meerdere bedrijfslocaties (meerdere UBNs), jongvee opfok en/of vleesvee tak naast melkvee. Elke casus vergt maatwerk, maar we gaan hieronder nog eens in op de basisdefinities.
-
Per UBN, dus per locatie, moet er een bilaterale overeenkomst zijn opgesteld en aangemeld zijn in InfoRund.
-
In beginsel moet er per bedrijf, dus per UBN, een BGP en BBP worden opgesteld. Indien er duidelijk sprake is van een hoofdlocatie (vaak melkvee) en een tweede locatie (vaak jongvee) kan men overwegen om in het BGP van de tweede locatie op onderdelen te verwijzen naar informatie in het BGP van de hoofdlocatie. Verwijzen kan bijvoorbeeld door het BGP waar naar verwezen wordt als bijlage toe te voegen aan het BGP of tekstonderdelen van het BGP op de hoofdlocatie te kopiëren op het BGP van de tweede lokcatie. Het moet echter uit de administratie duidelijk blijken dat er ook voor de tweede locatie een apart BGP en BBP is opgesteld.
-
In de Regeling Geborgde Rundveedierenarts wordt onderscheid gemaakt in de minimumeisen voor het BGP van melkvee en overige rundveebedrijven. Voor bedrijven die melk leveren geldt het Model BGP-melkvee. Voor de overige rundveebedrijven (zoals bijv. vleesvee, zoogkoeien en jongvee-opfokkers) gelden de eisen zoals die zijn opgesomd in de SGD-besluit minimumeisen BGP en BBP rundveesector.
-
De eisen voor het BBP van melkvee en overig rundvee zijn terug te vinden in het SGD-besluit minimumeisen BGP en BBP rundveesector.
Inspanningen voor handtekening veehouder en dierenarts op BGP
Tijdens de audits komt het nog met enige regelmaat voor dat de handtekening van de 1-op-1 dierenarts of de veehouder ontbreekt op het BGP. Dit kan komen doordat het BGP is opgesteld door de vervangende dierenarts en/of het BGP in een elektronisch format wordt opgesteld en de veehouder dit niet digitaal ondertekend heeft.
In het geval dat het KoeKompas format wordt gebruikt om aan de BGP-verplichting te voldoen is het belangrijk om te controleren of de handtekening van de 1-op-1 dierenarts op het document staat. Indien u als 1-op-1 dierenarts geen IKM gecertificeerde dierenarts bent kunt u alleen uw handtekening zetten indien u het KoeKompas uitprint en dan op de hardcopy versie uw handtekening zet. Een digitale handtekening is hier niet mogelijk.
Soms kost het ook moeite om de handtekening van een veehouder op het BGP te krijgen. De handtekening van de veehouder is een wettelijke verplichting (artikel 5.14 Regeling Diergeneeskundigen). Vandaar dat ook in de Regeling Geborgde Rundveedierenarts is opgenomen dat u de inspanningsverplichting heeft om de handtekening van de veehouder onder het BGP te krijgen. Daarmee wordt bedoeld dat uit uw administratie moet blijken dat u de veehouder erop gewezen heeft dat hij/zij het gezamenlijk opgestelde BGP moet ondertekenen.
Inhoudelijke toetsing BGP-rundvee
Afgelopen jaar, in 2023, heeft de certificerende instelling Kiwa VERIN in opdracht van de SGD een inhoudelijke toetsing uitgevoerd van de Bedrijfsgezondheidsplannen. Dit is gedaan middels een steekproef. De betreffende dierenartsen zijn aangeschreven en hebben ook een terugkoppeling ontvangen. De resultaten van de toetsing zijn positief. Op dit moment wordt deze vorm van toetsing van het BGP-rundvee gecontinueerd.
Bent u benieuwd waarop het BGP getoetst wordt? Dat kunt u hier terug vinden.
Melkgeiten: voorbeeldformulier BGP-melkgeiten
De module geitendierenarts is onderdeel van de Regeling Geborgde Rundveedierenarts. Deze module is met name van belang als u veterinaire diensten verleent op (melk)geitenbedrijven. Sinds april 2021 vallen geitenbedrijven met meer dan 25 dieren onder dezelfde systematiek als de overige sectoren (vleeskalf, pluimvee, varken en rundvee). Daarmee is er ook een wettelijke verplichting voor het opstellen van het BGP en BBP (artikel 3.5 Regeling houders van dieren).
Per 1 januari 2024 is het opstellen van een BGP en BBP voor geitenbedrijven opgenomen in de regeling. Er wordt gecontroleerd op de wettelijke eisen (artikel 5.14 en artikel 5.17 Regeling Diergeneeskundigen).
Op verzoek van dierenartsen werkzaam op geitenbedrijven stelt de SGD een voorbeeldformulier BGP-melkgeiten beschikbaar. Die kunt u vinden op de SGD-website. Het is geen verplicht format, maar opgesteld in overleg met geitendierenartsen om een handvat te geven voor de vereisten in het Bedrijfsgezondheidsplan.
Voor het BBP-melkgeiten heeft de SGD op dit moment nog geen voorbeeldformulier beschikbaar. Voor het opstellen van een bedrijfsbehandelplan kunt u de adviezen voor veterinair antibioticumgebruik volgen (formularium geit van de WVAB).
Tip: als de melkgeitenhouder waar u een overeenkomst mee heeft ook deelnemer is aan KwaliGeit gelden er aanvullende eisen naast de eisen die de SGD controleert. Meer informatie over KwaliGeit kunt u hier vinden.
Blauwtongvaccinatie
Inmiddels zijn er drie blauwtongvaccins beschikbaar voor de Nederlandse markt. Dit betekent dat herkauwers gevaccineerd kunnen worden. In lijn met de vaccinatiestrategie worden eerst de schapen en vervolgens ook runderen gevaccineerd. Het is belangrijk dat zo snel mogelijk de gevoelige dieren gevaccineerd worden. Dierenartsen kunnen daarbij beroep doen op collega dierenartsen. De KNMvD brengt aanbod en vraag samen in de vacaturebank ‘hulp aangeboden bij blauwtong.’ Bij het SGD-secretariaat komen vragen binnen hoe het inhuren van extra man- en/of vrouwkracht past binnen de bilaterale overeenkomst. De bilaterale overeenkomst van de Regeling Geborgde Rundveedierenarts voorziet hierin. Het is voor de 1-op-1 dierenarts mogelijk om op diens verzoek en onder diens regie werkzaamheden te laten uitvoeren door een niet-geborgde dierenarts op het rundveebedrijf (artikel 3 lid i sub2 van de bilaterale overeenkomst). Het is wel belangrijk dat hier goede afspraken aan ten grondslag liggen en dat deze vastliggen in een verklaring die door beide dierenartsen ondertekend is. Deze afspraken kunnen dan op verzoek van de certificerende instelling tijdens een audit getoond worden.
Namens het bestuur
Met vriendelijke groet,
Evelien Gijsberts-Navis
Secretaris
|
